De ondersteuningsvraag van de bewoners, ouders en het bestuur zijn allemaal uitgangspunt voor het handelen van het zorgteam. Hier dient sprake te zijn van samenwerking. Communicatie is daarbij het sleutelwoord.

(Een afvaardiging van) het zorgteam overlegt regelmatig met (een afvaardiging van of namens) het bestuur of ouders. Als er tijdens het wonen meer behoefte is aan overleg (al dan niet tijdelijk) dan kan de frequentie weer verhoogd worden.

Onderwerpen die gaan over groepsaangelegenheden en zaken van algemeen belang worden niet alleen met het bestuur (evt commissie Zorg) besproken, maar ook met de ouders. Dit kunnen zaken zijn als grote veranderingen in het zorgteam, veranderingen in de AWBZ, veranderingen in het beleid van de zorgaanbieder, etc.
Er zijn vaste overlegmomenten tussen bewoner, zijn/haar ouder(s) en het zorgteam (in de vorm van de persoonlijk begeleider). De momenten worden bepaald door de zaken die besproken dienen te worden vanuit het persoonlijk ondersteuningsplan van de bewoner. Dit betekent dat voor de een meer overlegmomenten bestaan en nodig zijn dan voor een ander. Hier worden persoonlijke afspraken over gemaakt. De persoonlijk begeleider blijft te allen tijde het vaste aanspreekpunt voor zowel de bewoner als de ouder(s).
Het kan voorkomen dat zaken in vertrouwen worden verteld door bewoner of ouder(s). Daar speelt het uitgangspunt respect natuurlijk een grote rol. De persoonlijk begeleider dient hier goed mee om te gaan. Als er verschillende belangen in strijd zijn/komen met elkaar dan wordt van de persoonlijk begeleider verwacht dat hij/zij de ernst van de situatie inziet en daarnaar handelt.